3.1. Onderwijs op maat

In de opvang en het onderwijs dat wij bieden, wordt rekening gehouden met de verschillen tussen de kinderen. We beseffen dat de ene leerling meer kan, of juist minder kan, dan andere leerlingen. De leerkrachten stemmen hun aanbod en verwerking af op wat het kind nodig heeft. Dit hebben we beschreven in onze kwaliteitskaart ondersteuningsstructuur. Basis voor de lessen is het Expliciete Directe Instructiemodel. Ook hiervoor is een kwaliteitskaart waarin is vastgelegd hoe dit model werkt bij instructie-, herhalings- of kennislessen. In het hoofdstuk over de ondersteuningsaanbod (zie hoofdstuk 04) wordt de ondersteuning verder uitgewerkt.  

De school werkt volgens het principe van het Handelingsgericht Werken. Kern daarin is dat we de zorg die leerlingen nodig hebben cyclisch benaderen (we starten de zorg en evalueren ook wat het effect is en of er wat anders nodig is), waarbij school en ouders elkaar informeren en de zorg delen.

Sinds 2023-2024 maken we in alle groepen groepsplannen voor sociaal-emotionele ontwikkeling, lezen (t/m groep 4 technisch lezen; daarna begrijpend lezen), rekenen/wiskunde en taalverzorging zijn gebaseerd op de doelen die de leerlingen moeten beheersen in het leerjaar.

De vakken lezen, taal, rekenen en burgerschap vormen de basis voor het onderwijs aan de leerlingen. Als deze basis goed is, kunnen ze dit benutten bij de andere vakken of ontwikkeling. Daarom volgen we de opbrengsten van deze vakken nauwkeurig: we kunnen dan – in de meeste gevallen – tijdig bijsturen. Voor burgerschap hebben we een portfolio ontwikkeld, die jaarlijks wordt gedeeld met de ouders. Aan het einde van de schoolloopbaan mogen de leerlingen deze portfolio houden.

Twee keer per jaar worden de toetsen voor het leerlingvolgsysteem afgenomen. Wij maken gebruik van ‘Leerling in Beeld’ van Cito voor de basisvaardigheden. Een van de redenen om hiervoor te kiezen is de directe link die gemaakt wordt met het uitstroomniveau van de leerlingen in relatie met het zogenaamde referentieniveau. De uitslagen van deze toetsen worden geanalyseerd door de leerkracht: wat valt op, wat vraagt aandacht? De analyse wordt omgezet in een plan van aanpak: het groepsplan.

Voor het volgen van de sociaal-emotionele ontwikkeling maken we komend cursusjaar de overstap van Kindbegrip naar KanVAS. KanVAS sluit beter aan bij onze lessen sociaal-emotionele ontwikkeling én maakt gebruik van vragenlijsten die voor de leerlingen meer betekenis hebben. Ook de monitoring Sociale Veiligheid wordt vanaf volgend jaar met KanVAS gedaan.

3.2. Verschillende taken en functies binnen de school

Management Team

De directeur werkt samen met de teamleiders en intern begeleider in een managementteam. Het managementeam krijgt steeds meer de inhoud van ‘gedeeld leiderschap’. Naast de organisatie van het onderwijs, gaan teamleiders zich ook inhoudelijk richten op de medewerkers (voeren van gesprekken, observeren van de lessen).  Het komende jaar gaat het MT zich – onder begeleiding van Driestar Educatief – hierop verder ontwikkelen.

Directie

Meester Jantienus Ymker is de directeur van De Wegwijzer. Zijn taak is vooral gericht op de verdere ontwikkeling van de school, de bewaking van de identiteit en kwaliteit. Uiteraard is hij eind verantwoordelijk voor alle schoolse zaken.

Teamleiders

Juf Hermien van den Brink is teamleider voor de onderbouw (groep 1 t/m 3). Voor de bovenbouw is dat juf Janneke Hop (groep 4 t/m 8). De taak van teamleider wordt naast de gerichtheid op het organiseren van het onderwijs: afstemmen roosters, vervanging, afspraken over het gegeven onderwijs etc.  ook meer inhoudelijk van aard (observaties, gesprekken).

Juf Christina Bervoets is teamleider zorg. Zij richt zich op de uitvoering van de zorg aan de leerlingen en stuurt de onderwijsassistenten aan. Ook heeft ze een (kleine) rol in de afstemming van zorg tussen de peuteropvang en groep 1.

Interne begeleiding

Juf Christina Bervoets is intern begeleider. Een intern begeleider stemt met de leerkrachten het onderwijs in de groepen af op de specifieke ondersteuningsbehoeften van individuele leerlingen. Indien nodig legt zij contact met externe deskundigen om de leerkrachten zo goed mogelijk te kunnen ondersteunen. De intern begeleider werkt nauw samen met het CJG, het samenwerkingsverband Berséba en alle externe hulpinstanties die bij ‘onze’ leerlingen zijn betrokken.

Onderwijs ondersteunend personeel

Mevrouw Jantina uit de Fles ondersteunt als managementassistent de directie. Zij is iedere dinsdag en iedere vrijdag om de veertien dagen aanwezig op school. Dit cursusjaar zal ze ook – als proef – ingezet worden als ‘event-manager’: zij coördineert en regelt de activiteiten van de school, waarbij ze inhoudelijk hulp krijgt en kan vragen van de overige medewerkers.

Juf Evelyn Heshusius en juf Aniek Dijkman ondersteunen als onderwijsassistent de leerkrachten. Daarnaast speelt juf Harmke Klos nog een rol in de begeleiding van leerlingen in de remedial teaching. Zij doet dit als vrijwilliger.

Coördinatoren

Op onze school heeft een aantal leerkrachten ook een taak als coördinator. Dit betekent dat zij/hij het eerste aanspreekpunt is, zowel voor externen als voor het team. Ook zorgt de coördinator er voor dat het team inhoudelijk op de hoogte blijft van de onderwerpen.

Juf Hermien van den Brink en juf Jeannette van Dijk zijn onze stagecoördinatoren. Zij coördineren de stageverzoeken die binnen komen en overlegt dit met het team.

Juf Willeke van de Weg en juf Evelyn zijn onze cultuurcoördinatoren, waarmee ze contacten onderhoudt met de cultuurmakelaar van de gemeente Oldebroek.

Meester Roel Bijker en meester Jantienus Ymker zijn de ICT-coördinatoren. Zij zijn de contactpersoon tussen de ICT-bedrijven (ABO-IT; Heutink) en de school. Ook coördineren zij de inzet van ICT middelen en kunnen ze eenvoudige digitale problemen oplossen.

Juf Hermien van den Brink en Jantina zijn de sportcoördinatoren. Zij regelen de deelname aan toernooien en hebben regelmatig overleg met Goed Bezig (buurtsport gemeente Oldebroek).

De rekencoördinator is voor dit jaar juf Hermien van den Brink. Zij houdt zich bezig met de ontwikkelingen van het rekenonderwijs en doet voorstellen tot onderwijsverbetering op het gebied van rekenen.

De leescoördinator is juf Margriet Witteveen. De leescoördinator houdt nu nog in dat ze vooral afstemt tussen school en bibliotheek en de leesmotivatie bevordert. In het kader van de schoolontwikkeling zal de inhoud van haar taak vermoedelijk wijzigen, vergelijkbaar met het werk van de rekencoördinator.

Over de inhoud en rol van de coördinatoren is het MT druk aan de slag: hoe kunnen we deze medewerkers een grotere plaats geven in het totaal van de kwaliteit van het onderwijs.

Groepsindeling

Groep 1	Juf Roselie (ma. en di.) en juf Arende (do. en vr.)
Groep 2	Juf Annelies (ma. en di.) en Juf Liesbeth (wo t/m vr)
Groep 3a	Juf Willeke (ma t/m wo) en juf Margriet (do. en vr.)
Groep 3b	Juf Hermien (ma t/m wo) en juf Hannemarie (do. en vr.)
Groep 4	Juf Kimberly en juf Willemieke (vr)
Groep 5	Meester Nap (ma. en vr.) en juf Anita (di t/m do)
Groep 6	Juf Denise (ma en di) en meester Roel (wo t/m vr.)
Groep 7	Juf Jeannette
Groep 8	Juf Femke
Gym	Meester Thomas

Juf Hop ondersteunt dit jaar de medewerkers in het verbeteren van hun lessen (organisatie, afstemming, pedagogisch-didactisch handelen).

Juf Jantina (administratie) is iedere dinsdag aanwezig en op vrijdag in de even weken.

3.3. Wat leren de kinderen?

3.3.1. Godsdienstige vorming

We beginnen de beschrijving van ons onderwijsaanbod bewust met Godsdienstige vorming. ‘De Wegwijzer’ is een christelijke basisschool die de boodschap van Gods Woord wil doorgeven. Ons onderwijs is niet neutraal. Vanuit een Bijbelse levensvisie zijn wij betrokken op mens en wereld. Dit komt tot uitdrukking in de omgang met elkaar, de keuze van leermiddelen, de taal die gesproken wordt en in de sfeer die heerst op school.

De schooldag wordt begonnen en geëindigd met gebed en met het zingen van de psalm van de week. Voor en na de maaltijd wordt er gebeden en gedankt. Drie morgens per week wordt er uit de Bijbel verteld aan de hand van de methode ‘Hoor het Woord’. Wekelijks wordt er in de groepen een psalm of Bijbeltekst  aangeleerd.  Verder wordt aan de hand van de werkboekjes van de methode ‘Hoor het Woord’  Bijbelkennis verwerkt en aangeleerd.

3.3.2. Inrichting van het onderwijs

Groep 1-2

De inrichting van groep 1 en 2 verschilt van die in de andere groepen. Ook de inrichting van de lokalen en de manier van werken is anders. Jonge kinderen, kleuters, vragen om een andere wijze van benaderen en organiseren. Het werken in groep 1 en 2 gebeurt vanuit de grote kring. De schooldag begint in deze kring en de kinderen keren daar na een activiteit ook steeds weer terug. Tijdens activiteiten wordt gespeeld en gewerkt aan tafels, in de hoeken, in de speelzaal en op het schoolplein.

In de kleutergroepen werken we met ‘Onderbouwd’, voorlopers van de methoden vanaf groep 3 en volgen we de ontwikkeling van de kinderen middels de Leerlijnen Jonge Kind.

De meeste vakken komen in de kleuterbouw samenhangend aan de orde aan de hand van een bepaald thema, waarin de leerlijnen Jonge Kind uitgangspunt zijn. Voorbeelden van thema’s zijn: boeken, het voorjaar en bouwen. Deze thema’s zullen de komende jaren ook met de kinderopvang worden afgestemd, waardoor er nog meer een doorgaande lijn ontstaat in ons aanbod. Ervaringen uit de voorschoolse periode kunnen worden benut bij het verdere onderwijsproces.

In het lesrooster worden de verschillende vak- en vormingsgebieden nog wel onderscheiden. In de dagelijkse praktijk in de klas is het onderscheid niet altijd merkbaar; wie speelt in de huishoek is ook bezig met taalontwikkeling, wie speelt met lotto leert ook getallen of kleuren en wie op een vel papier de golven van de zee tekent, is bezig met voorbereidend schrijven. We proberen bij de vele leeractiviteiten zoveel mogelijk te werken vanuit de leerlijnen en aan te sluiten bij de interesses en mogelijkheden van de kinderen. Er is veel aandacht voor taalvorming en de uitbreiding van de woordenschat.

In groep 2 krijgen activiteiten die voorbereiden op het leren lezen, rekenen en schrijven in groep 3 extra aandacht, zodat de aansluiting met groep 3 zo soepel mogelijk verloopt.

In een cursusjaar worden minstens drie thema’s afgestemd met de peuteropvang, zodat er binnen de school op verschillende niveaus met hetzelfde thema wordt gewerkt.

Herfstkinderen

Op dit moment is het zo dat kinderen uit groep 1 die na 1 januari geboren zijn, in groep 1 blijven. De overige leerlingen gaan in principe door. Als dat lastig blijkt, bespreken we dit met de ouders. In de praktijk merken we dat dit soms best lastig is, de ervaring leert dat er toch kinderen zijn die een langere groep 1 nodig hadden gehad. Volgend jaar gaan we hier met behulp van een ouderpanel het beleid op aanscherpen.

Groep 3-8

In de groepen 3 – 8 werken we niet meer met standaard lessentabellen. De ondersteunings-behoefte van de groep/leerling geeft aan of er meer of minder tijd aan een bepaald vak besteed moet worden. Dit vraagt wel een goede kennis en analyse van de leerlingpopulatie. Wel dienen in een week alle vakken aan de orde te komen. Aan het begin van het schooljaar hebben de leerkrachten een lesrooster gemaakt waaruit dit blijkt. Het MT beoordeelt of het rooster evenwichtig is opgesteld en past bij hetgeen de groep nodig heeft. Door deze werkwijze vergroten we de eigen inbreng van de leerkracht op hun planning én kunnen ze veel beter afstemmen op de onderwijsbehoefte van de leerlingen.

3.3.3. Vak- en vormingsgebieden

Hierbij geven wij een overzicht van de belangrijkste vak- en vormingsgebieden van de school.

Burgerschapskunde

In hoofdstuk 2 van deze informatiegids hebben we al onze visie op burgerschapskunde beschreven. Deze visie is op het niveau van IJsselrijk vastgesteld.

Vanuit deze visie werken we met de 10 bouwstenen van burgerschap. Over een periode van twee jaar behandelen we deze 10 bouwstenen expliciet in themadagen (per cursusjaar 5 themadagen).

Leerlingenraad

Eén van de schoolbrede aspecten van burgerschapskunde is de instelling van een leerlingenraad. Leerlingen uit de groepen 5 t/m 8 kunnen zich verkiesbaar stellen (uit elke groep 2 leerlingen) en na een campagne volgt de verkiezing. De leerlingenraad bespreekt met het MT alle zaken rondom de school: gedrag leerkrachten, inrichting school, veiligheid, etc.

Nederlandse taal (taalvaardigheid en spelling)

‘De Wegwijzer’ werkt met Taal Actief 5, die ook met een leergang spelling werkt. Onderstaande beschrijving geldt voor beide onderdelen.

De methode begint al direct bij de lessen met de mogelijkheid om in niveaus te werken:

1. Minimumniveau
2. Basisniveau
3. Verrijkingsniveau

Het taalboek heeft hoofdstukken (blokken). Een hoofdstuk bestaat uit lessen. De opbouw van een hoofdstuk ziet er als volgt uit:

• Basislessen
• Toets
• Lessen na de toets
• In de basislessen wordt aandacht besteed aan de volgende taaldomeinen:
• Woordenschat
• Taal verkennen
• Spreken en luisteren
• Schrijven

Rekenen en wiskunde

Voor Rekenen/Wiskunde gebruiken wij Pluspunt 4.

Deze methode is in 2019 gelanceerd en combineert de sterke elementen uit de traditionele en realistische rekendidactiek.

De lessen zijn efficiënt en compact opgebouwd, met één doel per les. De leerstof is verdeeld over 30 schoolweken, waardoor er ruimte overblijft. Deze weken worden gebruikt voor het uitvoeren van rekenprojecten of om langer stil te kunnen staan bij doelen die niet worden beheerst.

In groep 1 en 2 gebruiken we Rekenplein, die biedt een sterke leerlijn rekenen in combinatie met aandacht voor spel en een echte kleuteraanpak: activiteiten voor in de speelwerktijd waarmee kinderen spelenderwijs de wereld van getallen ontdekken.

Met Rekenplein bieden we kleuters in groep 1-2 rekenactiviteiten aan die naadloos aansluit op Pluspunt. Er wordt gebruik gemaakt van dezelfde rekentaal als in Pluspunt.

Aanvankelijk lezen

Wij werken met Lijn 3. Deze methode  is opgebouwd vanuit 3 aandachtspunten:

Lijn 3 stelt de letter centraal. Zo leren kinderen echt lezen i.p.v. alleen woordbeeld herkennen. Op de wandkaarten vind je de nieuwe letter met bijbehorende afbeeldingen. Ook zijn er letterfilmpjes die de letters presenteren op een aansprekende manier met beeld en geluid.

Wereldoriëntatie. Omdat de wereld van kinderen in groep 3 steeds groter wordt, gaan ze zich afvragen hoe dingen werken. Lijn 3 speelt hierop in door de thema’s aan te laten sluiten op de nieuwsgierigheid van de kinderen. Ze ontwikkelen lees en taalvaardigheden terwijl ze de wereld ontdekken.

Samenwerkend leren lezen. Kinderen zijn actiever als ze in kleine groepjes werken. Daarom heeft Lijn 3 vijf verschillende werkvormen voor samenwerkend leren.

Aan het begin van het schooljaar werken kinderen vooral in tweetallen, later ook in grotere groepjes. Want samen leren lezen leidt tot meer betrokkenheid en meer rendement.

De methode bestaat uit 12 kernen. Elke kern is opgebouwd vanuit 8 domeinen: lezen, spelling, woordenschat, mondelinge communicatie, begrijpend luisteren, stellen, leesbevordering en wereldoriëntatie.

Schrijven

Om een goed eigen handschrift te ontwikkelen maken de leerlingen tot en met groep 3 gebruik van een driekantig  potlood.

Met de aanschaf van Lijn 3 voor lezen, zijn we ook met een nieuwe bijpassende schrijfmethode: Klinkers. Het voordeel van het werken met een schrijfmethode die bij de leesmethode past is dat de aan te leren letters in goede volgorde staan in het schrijfschrift. Hiermee voorkomen we een hoop verwarring bij het jonge kind. Ook komen de thema’s overeen met de leesmethode. We schrijven met het verbonden schrift en naast de zgn. boekletters die de kinderen leren lezen, leren ze de schrijfletters. Klinkers gaat er vanuit dat iedere letter vanaf hetzelfde punt start, de basislijn. In groep 3 is er iedere dag een schrijfles. Er is aandacht voor de schrijfhouding, pengreep en fijn motorische ontwikkeling.

In groep 4 krijgen de kinderen eenmalig een pen van Schneider. Het is de bedoeling dat deze pen wordt gebruikt tot en met groep 8. Als de pen van ouderdom stuk gaat, krijgt het kind een nieuwe pen. Is de pen kwijt of is deze kapot vanwege bijten of  kauwen, of wordt deze opzettelijk kapot gemaakt, dan verwachten we dat ouders de kosten van een nieuwe pen vergoeden. De vullingen worden door school verstrekt. 

Vanaf groep 8 wordt er niet meer gewerkt aan het bewust verbeteren van het handschrift. Wel wordt de leesbaarheid gemonitord. In de tweede helft van groep 8 worden de schrijflessen vervangen door type-lessen, zodat alle leerlingen een typediploma behalen. Hiermee hebben de leerlingen in het verdere onderwijs een goede basis voor het werken met toetsenborden in het digitale tijdperk.

Leesstimulering

We leren de kinderen niet alleen technisch- en begrijpend lezen, we proberen ze ook te motiveren voor het lezen. Er wordt (bijna) iedere dag in de hele school (voor)gelezen. Op de laatste vrijdag voor de herfstvakantie wordt voor de groepen 5 t/m 8 een voorleeswedstrijd georganiseerd.

De school heeft een samenwerkingsovereenkomst met de bibliotheek. Vanuit de bibliotheek is er een leesconsulent werkzaam. Zij sluit aan bij teamvergaderingen en geeft advies over de schoolbibliotheek, zomerlezen en wisselt jaarlijks de 500 boeken, die de school structureel van de bibliotheek leent.

Wereldoriëntatie

Op veel momenten wordt gesproken over de wereld om ons heen en brengen we kinderen kennis bij over het heden en verleden van de aarde. Soms gebeurt dit in aparte vakken aan de hand van de methoden, maar ook wel door middel van klassengesprekken, spreekbeurten en de presentatie van werkstukken die gemaakt zijn op de computer. Vanaf groep 5 houden de kinderen een spreekbeurt en vanaf groep 6 maken de leerlingen werkstukken. Ook de boekbesprekingen beginnen in groep 6.

Aardrijkskunde

Vanaf 2024-2025 gaan we aan de slag met ‘Travelling the World’.  Travelling the World is een eigentijdse aardrijkskundemethode voor het basisonderwijs. De methode maakt leerlingen vertrouwd met de wereld waarin wij leven. Op aantrekkelijke wijze wordt duidelijk dat aardrijkskunde verbonden is met de wereld om ons heen en het dagelijkse leven. Samen met de leerkracht gaan de leerlingen op reis, verkennen de wereld dichtbij en ver weg en ontdekken hoe fascinerend deze is.

Topografie

De topo 300 is geïntegreerd in de methode. In de digitale leerlingenomgeving wordt de topo geoefend en getoetst. Zo wordt er op betekenisvolle wijze gewerkt aan ruimtelijke oriëntatie en kaartvaardigheden.

Vakoverstijgend

Travelling the World zoomt in met de bril van aardrijkskunde. Dat heb je nodig om de wereld beter te begrijpen. Tegelijkertijd is er aandacht voor vakoverstijgende perspectieven, zoals geschiedenis, natuur en wetenschap en techniek.

Natuuronderwijs

Voor natuuronderwijs werken met ‘Wondering the World’.

Wondering the World is een eigentijdse natuur- en techniekmethode voor het basisonderwijs. Samen met de leerkracht stappen de leerlingen in de fascinerende wereld van de natuur en techniek. Op authentieke wijze maken ze kennis met de natuurverschijnselen. Ze leren hoe mensen daar onderzoek naar doen en ontdekken dat het waarnemen van principes uit de natuur aan de basis staat van veel technische uitvindingen. Zo leren en ervaren ze dat kennis van natuur en techniek helpt om de wereld waarin wij leven beter te begrijpen. Wondering the World doet een beroep op de aangeboren nieuwsgierigheid van leerlingen. Er wordt geleerd met de neus op de verschijnselen. Dat is wat leerlingen boeit.

Natuur en techniek

De wereld kent een oneindige rijkdom aan organismen en structuren. Hierin weerspiegelt zich iets van de ‘veelkleurige wijsheid’ van God. In de orde en regelmaat zien wij Zijn trouw. De aarde is echter niet van ons, maar van God. Wij hebben haar in bruikleen gekregen, om ervoor te zorgen. Daarom moeten wij onze creativiteit op een positieve manier inzetten. Dat komt tot uiting in een duurzame kijk op techniek.

Geschiedenis

‘Venster op Nederland’ is een geschiedenismethode voor het christelijk onderwijs en vertelt de geschiedenis van ons land en de mensen die er gewoond hebben. Op aantrekkelijke wijze komt de geschiedenis voor kinderen tot leven. Ze kijken als betrokken toeschouwers door de vensters van de geschiedenis en stappen samen met de leerkracht in een periode uit de vaderlandse geschiedenis. Daar maken ze kennis met authentieke gebeurtenissen, personen, voorwerpen en leren ze dat geschiedenis voor ieder persoonlijk zin en betekenis heeft. Dat is wat kinderen boeit en hen laat ervaren dat ze onderdeel uitmaken van verleden, heden en toekomst.

In groep 5 werkt de methode vanuit het heden terug naar het verleden. Vanaf groep 6 tot en met 8 is de methode chronologisch opgebouwd en stimuleert daarmee de ontwikkeling van tijdsbesef als één van de basisprincipes voor geschiedenisonderwijs. De komende jaren zullen we ook deze methode vervangen.

Verkeer

In groep 4 wordt gewerkt met ‘Stap Vooruit’. Groep 5 en 6 werken met ‘Op voeten en fietsen’ en groep 7en 8 met de ‘Jeugdverkeerskrant’. Deze verkeersmethode van Veilig Verkeer Nederland voldoet geheel aan de kerndoelen. 

De methode focust op het aanleren van veilig verkeersgedrag. Niet alleen door de kinderen kennis over de verkeersregels bij te brengen, maar vooral ook door te werken aan veiligheids­bewustzijn, vaardigheden en houding. Het verkeersonderwijs wordt in principe in groep 7 afgesloten met het landelijke theoretische en praktische verkeers-examen.

Engels

In de groepen 1 t/m 3 wordt Engels gegeven vanuit de leerlijnen. Zo ontwikkelt zich een leerlijn door de hele school. In groep 1 en 2 is het vooral gericht op woordenschat, maar vanaf groep 3 beginnen eenvoudige Engelse zinnetjes te ontstaan.

In de groepen 4 tot en met 8 werken we met  Holmwoods. Dit is een complete methode Engels voor het basis- en voortgezet onderwijs en het MBO. Op een leuke manier krijgen leerlingen de taal onder de knie én maken ze kennis met de cultuur van Engelstalige landen. Actief bezig zijn met Engels staat centraal.

Voor de klassikale lessen heeft Holmwood’s gekozen voor de communicatieve methode van taalverwerving. De leerling wordt getraind om effectief te communiceren in het Engels. In English Premium worden de leerlingen blootgesteld aan veel authentiek Engels en gaan ze actief met de taal aan de slag, zowel online als in de klas.

Bewegingsonderwijs

In groep 1 en 2 staat bewegen dagelijks op het rooster. Er wordt in de klas gespeeld en op het schoolplein. De groepen 1 en 2 hebben 2 keer per week gym onder leiding van een vakdocent in het speellokaal.

Alle kleuters dragen gymschoenen, het liefst met klittenband of instappers. Gymschoenen met zwarte zolen of zwarte blokjes in witte zolen, zijn niet toegestaan. Deze laten namelijk zwarte strepen achter op de vloer van de gymzaal. De gymschoenen worden op school bewaard.

De kinderen uit groep 3 t/m 8 dragen tijdens de gymles de volgende kleren:

Meisjes: een broekje en een shirtje of een turnpakje en gymschoenen

Jongens: een T-shirt, gymbroekje en gymschoenen.

De gymlessen zijn op bijna elke dag van de week gepland. Alle groepen krijgen 2 keer per week 45 minuten gym (exclusief de looptijd naar de zaal). Met ingang van dit cursusjaar hebben wij onze eigen vakdocent bewegingsonderwijs.

De leerlingen krijgen een portfoliorapport voor bewegingsonderwijs. Hierdoor kunnen we de ontwikkeling van de leerling beter volgen.

Techniek

Met een aantal basisscholen uit de regio werken we met de Nuborgh (Elburg) samen aan ‘Sterk Techniek Onderwijs’.  Hierdoor hebben we samen met het VMBO een leerlijn techniek voor de leerlingen van groep 1 t/m 8. De kinderen van groep 1 t/m 6 krijgen de lessen op de eigen school. De leerlingen uit groep 7 en 8 gaan 6 keer per jaar naar het TechLab om daar lessen met geavanceerdere materialen te krijgen.

Op school staan ook nog drie Techniektorens. Dit zijn 3 kasten boordevol met kant en klare lessen en opdrachten behorend bij het vak techniek. Deze worden naast het hierboven genoemde Sterk Techniek Onderwijs gebruikt. Het zijn lessen voor 2 tot 4 personen voor de groepen 3 t/m 8.  Techniekonderwijs vindt voornamelijk plaats tijdens natuuronderwijs.

Creatieve vakken

Ontwikkeling van creativiteit is van wezenlijk belang voor de persoonlijke ontwikkeling van het kind. Daarom besteden we wekelijks tijd aan creatieve vakken, zoals handvaardigheid, tekenen, muziek en techniek. Voor tekenen en handvaardigheid zijn methodes beschikbaar (Tekenvaardig, Handvaardig en Textielvaardig), evenals voor muziek (Meer met muziek).

Om de kwaliteit van deze lessen te versterken, werkt juf Willeke van de Weg als cultuurcoördinator. Zij maakt afspraken met culturele organisaties en adviseert de directie voor het cultuurbeleid. Wij doen mee met Cultuurplein NoordVeluwe, waardoor alle groepen minimaal een culturele excursie per jaar hebben. Sinds vorig jaar doen we ook mee met het project Meer Muziek in de Klas, waarbij we muzieklessen geven in samenwerking met de plaatselijke muziekvereniging.

Computers en onderwijs

Wij werken met Chromebooks op school. Er is vanaf groep 4 voor iedere leerling een eigen Chromebook. Op deze Chromebooks oefenen de kinderen de leerstof en zoeken zij informatie op. De kinderen werken binnen een beveiligde omgeving, MOO (Mijn Online Omgeving). Binnen MOO kunnen de leerlingen op alle programma’s die ze op school nodig hebben. MOO is geheel online: we slaan alles op in de cloud. Leerkrachten kunnen op hun eigen scherm meekijken met het werk van de leerlingen: ongewenst surfgedrag kan hiermee worden voorkomen.

Begrijpend Lezen en Mediawijsheid

Wij gebruiken van af groep 4 de methode News2Learn voor begrijpend lezen. N2L is een methode die begrijpend lezen als vaardigheid (en ook attitude) benadert. Dit betekent dat er veel verbanden worden gelegd met de diverse strategieën en aanpakken. Er wordt niet strategie voor strategie afgewerkt; dit maakt het begrijpend lezen minder wendbaar. Het vraagt wel veel vaardigheid en kennis van de leerkracht.

De methode besteedt vanaf groep 4 structureel aandacht aan mediawijsheid vanuit een christelijk perspectief. Na een periode actief bezig te zijn geweest met begrijpend lezen, gaan de leerlingen aan het werk met mediawijsheid competenties. Aansprekende mediaonderwerpen zetten de kinderen aan het denken over de impact van media, het eigen mediagedrag en hoe verstandig om te gaan met media.

3.4. Buitenschoolse activiteiten voor kinderen

Niet al het onderwijs speelt zich af binnen de muren van het schoolgebouw of lokaal. Er is een aantal activiteiten die plaatsvinden buiten school. Excursies vinden plaats in het kader van de leerlijn ‘Erfgoed’ (cultuur­educatie)  of in het kader van een project of thema.

Wij gaan ieder jaar met de kinderen op schoolreis. Dit doen we in twee groepen: de kleuters en de kinderen van groep 3 t/m 7.

De data van schoolreisjes staan vermeld in de jaaragenda. We streven ernaar om naar een bestemming te gaan die naast een ontspannend ook een educatief karakter heeft.

Groep 8 gaat drie dagen op schoolkamp. Dit jaar is dat van 16 t/m 18 juni 2026. De dinsdag van de kampweek (15 juni) zijn de leerlingen van groep 8 vrij. Het kamp is meestal een mooie afsluiting van groep 8.

In situaties waarbij we van twee groepen 7 een enkele groep 8 maken, gaan we aan het begin van het cursusjaar op kamp. Dan is het kamp vooral bedoeld om de groepsvorming te stimuleren.

Verder zijn er nog diverse andere activiteiten die niet altijd jaarlijks plaatsvinden, bijvoorbeeld:

• het damtoernooi
• de Koningsspelen in Oldebroek
• het volleybaltoernooi
• het voetbaltoernooi
• een excursie naar de bibliotheek
• ‘Goed Bezig’ organiseert sportieve buitenschoolse activiteiten. Voor meer informatie daarover kunt u terecht op de website: www.goedbezigoldebroek.nl

Het aanbod wordt ook in de Nieuwsflits vermeld en in school opgehangen.